-
1 veranderen
2 [omvormen] transformer♦voorbeelden:zijn leven veranderen • changer de viezijn stem veranderen • changer sa voixhet weer verandert • le temps changede wereld veranderen • refaire le mondevolledig veranderen • changer du tout au touteen 0 in een 8 veranderen • substituer un 8 à un 0de prins veranderde in een kikker • le prince se changea en grenouillein een zoutpilaar veranderen • être changé en statue de selvan baan veranderen • changer d'emploivan mening veranderen • changer d'avisJezus veranderde water in wijn • Jésus changea l'eau en vin -
2 verbouw
♦voorbeelden: -
3 verwisseling
-
4 dag
dag1〈de〉♦voorbeelden:de dag van de mensenrechten • la Journée des Droits de l'Hommedag en nacht • jour et nuithet nieuws van de dag • les nouvelles du jourdat tafeltje heeft zijn beste dagen gehad • cette petite table a fait son tempsde hele dag • toute la journéede jongste dag • le jour du jugement dernierbij klaarlichte dag • en plein jouropen dag • journée (des) portes ouvertesde oude dag komt met gebreken • les misères viennent avec l'âgehij wordt een dagje ouder • il se fait vieuxeen vrije dag • un jour de congéeen dagje bij vrienden doorbrengen • passer une journée chez des amishij heeft vandaag zijn dag niet • ça n'est pas son jourdie dag hoop ik nog te beleven • j'espère vivre ce jour-làhet wordt dag • le jour se lèvewelke dag hebben wij nu? • quel jour sommes-nous?dag in dag uit • jour après jourhet is kort dag • il nous reste peu de tempshet is lang dag • le jour est longvandaag de dag • à l'heure actuellehet is morgen vroeg dag • il faudra se lever tôt demaindag aan dag • jour après jourmoed aan de dag leggen • faire preuve de couragebij dag • pendant la journéein mijn dagen • de mon tempsin de dagen van het schrikbewind • au temps de la Terreurmet de dag veranderen • changer de jour en jourhet wordt met de dag slechter • cela s'aggrave de jour en jourde dag na • le lendemain detwee dagen na • le surlendemain devan de ene dag op de andere • du jour au lendemainop een (goede) dag • un (beau) jourop de dag dat • le jour oùop de dag af negen maanden na … • neuf mois, jour pour jour, après …ten eeuwigen dage • à (tout) jamaisik weet het nog als de dag van gisteren • je m'en souviens comme si c'était hierde dag voor • le veille detwee dagen voor • l'avant-veille devoor dag en dauw • à l'aubemet een voorstel voor de dag komen • lancer une propositionhij haalde zijn pistool voor de dag • il sortit son revolverzo kan ik niet voor de dag komen • je ne suis pas présentabledat is zo klaar als de dag • c'est clair comme le jourde dag der dagen • le jour J〈 spreekwoord〉 elke dag een draadje is een hemdsmouw in het jaar • petit à petit l'oiseau fait son nid〈 spreekwoord〉 hoe later op de dag, hoe schoner het volk • ±bienvenue aux combattants de la dernière heure!————————dag21 [begroeting] bonjour!2 [afscheidsgroet] au revoir!♦voorbeelden:dag zeggen • dire bonjour〈 figuurlijk〉 ja dag! • tu peux toujours courir!dáág! • ciao! -
5 zwenken
1 [van richting veranderen] virer2 [van gedrag veranderen] faire volte-face♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 [van richting doen veranderen] faire tourner2 [zwaaien] agiter♦voorbeelden: -
6 aanzien
aanzien1〈 het〉♦voorbeelden:ten aanzien van • à l'égard dezonder aanzien des persoons • sans acception de personne2 iets een ander aanzien geven • changer qc.van aanzien veranderen • changer d'aspectgroot aanzien genieten • jouir d'un grand prestigein hoog aanzien staan • être fort considéréin aanzien staan bij iemand • être en crédit auprès de qn.————————aanzien21 [kijken naar] regarder2 [toezien] rester passif/passive devant3 [+ voor][beschouwen] considérer (comme)4 [aan het uiterlijk zien] se voir♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 iemand niet aanzien • ne pas (oser) regarder qn.iemand uit de hoogte aanzien • regarder qn. de haut2 kun je zo iets aanzien? • tu peux supporter ce spectacle?ik wil het nog even aanzien • je préfère attendre encore un peudat is niet om aan te zien! • quelle horreur!3 waar zie je mij voor aan? • pour qui me prends-tu?iemand voor een ander aanzien • prendre qn. pour qn. d'autreiemand voor vol aanzien • prendre qn. au sérieuxhet was hem aan te zien, dat hij zorgen had • on voyait bien qu'il avait des problèmesje zou hem zijn leeftijd niet aanzien • il ne paraît pas son âgenaar het zich laat aanzien • selon toute probabilité¶ iemand ergens op aanzien • soupçonner qn. de qc. -
7 plaats
♦voorbeelden:de plaats bepalen • localisereen plaats bespreken • retenir une placeiemands plaats innemen • prendre la place de qn.het is hier de plaats niet om • ce n'est pas l'endroit indiqué pourplaats maken (voor iemand) • faire place (à qn.)deze tafel neemt veel plaats in • cette table prend beaucoup de placeneemt u a.u.b. plaats • veuillez vous asseoir, s.v.p.een plaats openlaten • laisser une placezijn plaats niet weten • ne pas connaître sa placein, op de eerste plaats • en premier lieuterug naar zijn plaats gaan • retourner à sa placeop de plaats rust • reposop z'n plaats • à sa placeop uw plaatsen!, klaar, af! • à vos marques, prêts, partez!zijn gezin komt op de eerste plaats • sa famille passe avant (tout)〈 figuurlijk〉 iemand op zijn plaats zetten • remettre qn. à sa placeter plaatse • sur placevan plaats veranderen • changer de placeniet van zijn plaats te krijgen zijn • ne pas pouvoir être délogé de sa placede eerste plaats innemen • prendre la première placeop de eerste plaats staan • être le premiereen gewijde plaats • un lieu sainter is op verschillende plaatsen regen gevallen • il a plu à différents endroitshij is op een zekere plaats • il est au petit endroitje kunt niet op twee plaatsen tegelijk zijn • on ne peut pas être partout à la foisop die plaats doet het pijn • c'est à cet endroit que ça fait malop sommige plaatsen gaat de verf eraf • la peinture se détache par endroits¶ iets in de plaats stellen van • substituer qc. àvoor iets, iemand in de plaats komen • remplacer qc., qn.in plaats van • au lieu dein plaats dat hij nu zelf kwam • au lieu de venir lui-mêmein jouw plaats deed ik het • à ta place, je le ferais -
8 strijken
1 [zich laten gladmaken] se repasser2 [gaan langs, over] raser♦voorbeelden:1 [met een strijkende beweging aanraken] effleurer2 [(textiel) gladmaken] repasser (qc.)♦voorbeelden:iemand over de haren strijken • caresser les cheveux de qn.→ link=hand hand1 [met een strijkende beweging verplaatsen, veranderen] étaler (sur)2 [laten zakken] (a)baisser♦voorbeelden:de vlag strijken • amener le drapeaude haren uit zijn gezicht strijken • écarter les cheveux de son visagekreukels uit het papier strijken • défroisser le papier -
9 verspringen
verspringen11 [springend van plaats veranderen] se déplacer (brusquement)2 [niet in één lijn liggen] être décalé♦voorbeelden:het paasfeest verspringt elk jaar • la date de la fête de Pâques change tous les ans————————verspringen2♦voorbeelden:het verspringen • le saut en longueur -
10 gedaante
♦voorbeelden:in zijn ware gedaante • sous son vrai jourhij beschreef nauwkeurig zijn gedaante • il fit une description précise de son physiquevan gedaante veranderen • se métamorphoserin de gedaante van • sous la forme dezij was schoon van gedaante • elle était belle à voirik heb een gedaante door het bos zien sluipen • j'ai vu une silhouette rôder dans la forêt -
11 gedachte
♦voorbeelden:de achterliggende gedachte is dat … • l'idée qui se trouve derrière est que …dit zal je waarschijnlijk op andere gedachten brengen • tu devras sans doute réviser ton point de vueiemands innigste gedachten • les pensées les plus intimes de qn.een gedachte onder woorden brengen • formuler une penséezijn gedachten bij elkaar houden • rassembler ses idéeszijn gedachten bij iets houden • se concentrer sur qc.de gedachte koesteren • caresser l'idéezijn gedachten de vrije loop laten • s'abandonner à ses penséeszijn gedachten over iets laten gaan • réfléchir à qc.iemands gedachten lezen • lire dans la pensée de qn.een gedachte opwekken • susciter une idéezijn gedachten uitdrukken • exprimer sa penséeeen gedachte uiten • exprimer une idéewaar zijn je gedachten? • où as-tu la tête?ik u bedriegen, wat een gedachte! • vous tromper, moi, quelle idée!de gedachte alleen al • rien que d'y penserde gedachte aan zijn vrouw • la pensée de sa femme(diep) in gedachten zijn • être absorbé dans ses penséesiets in gedachten doen • faire qc. sans y penserik zal het in gedachte houden • j'y penseraiin zijn gedachte(n) • dans son espritiets in (zijn) gedachten houden • ne pas perdre qc. de vueiets in zijn gedachten nemen • prendre qc. en considérationer niet bij zijn met zijn gedachten • avoir la tête ailleursop de gedachte komen om • s'aviser denooit uit iemands gedachten zijn • ne jamais sortir de l'esprit de qn.van gedachten wisselen • échanger des points de vuevan gedachten veranderen • changer d'aviszijn eerste gedachte was • sa première pensée fut (de)→ link=wens wensiemand tot andere gedachten brengen • amener qn. à changer d'avisiemand tot betere gedachten brengen • ramener qn. à de meilleures penséesin gedachte(n) met, van iemand verschillen • ne pas partager l'avis de qn.op twee gedachten hinken • ne savoir sur quel pied danservan gedachte zijn dat • être d'avis que -
12 koers
♦voorbeelden:de koers bepalen • fixer la routekoers houden (op) • garder le cap (sur)koers zetten naar • mettre le cap surhet schip op, in koers brengen • redresser le navireuit de koers brengen • dévier -
13 omgaan
1 [rondgaan] tourner (autour de)2 [verstrijken] passer3 [+ met][leven met] fréquenter (qn.)4 [+ met][hanteren] manier (qc.)5 [omvallen] tomber par terre6 [van mening veranderen] se raviser♦voorbeelden:een heel eind omgaan • faire un grand détoureen straatje omgaan • (aller) faire un tourbuiten de stad omgaan • contourner la villewat gaat er in hem om? • qu'est-ce qui se passe en lui?er gaat daar heel wat om • 〈 er gebeurt veel〉 il s'y passe toutes sortes de choses; 〈 daar rolt het geld〉 les affaires y vont bon train3 vriendschappelijk met iemand omgaan • entretenir des rapports d'amitié avec qn.wij gaan niet met elkaar om • nous ne nous fréquentons paszij kan goed met kinderen omgaan • elle s'y prend bien avec les enfantsmet zijn buren omgaan • entretenir des rapports de bon voisinage4 verkeerd met iets omgaan • ne pas savoir se servir de qc.met wapens om kunnen gaan • savoir manier des armesmet grote geldbedragen omgaan • manipuler de fortes sommeskun je met paarden omgaan? • tu connais qc. aux chevaux? -
14 omslaan
1 [omverwerpen] renverser3 [m.b.t. een pagina] tourner4 [verdelen] répartir (entre)5 [omdoen] jeter sur les épaules6 [Algemeen Zuid-Nederlands][verstuiken] se fouler♦voorbeelden:1 [om iets heen gaan] tourner3 [kantelen] se renverser♦voorbeelden:links omslaan • tourner à gauche2 de stemming sloeg om • 〈 negatief〉 brusquement, l'ambiance est tombée; 〈 positief〉 brusquement, il y a eu de l'ambiancezijn liefde is omgeslagen in haat • son amour s'est transformé en haine→ link=blad blad -
15 standpunt
♦voorbeelden:van standpunt veranderen • changer d'aviszich op een standpunt stellen • adopter un point de vuezich op het standpunt stellen, dat … • être d'avis que …
См. также в других словарях:
Lucas Derks — (* 19. November 1950 in Oosterbeek) ist ein niederländischer Sozialpsychologe sowie NLP Autor und NLP Forscher. Inhaltsverzeichnis 1 Leben 2 Wirken 3 Werke (Auswahl) … Deutsch Wikipedia
Soziales Panorama — Das Modell des Sozialen Panoramas befasst sich mit den sozialen Vorstellungen (Kognitionen) des Menschen und deren Bedeutung für das menschliche Erleben und Sozialverhalten. Es wurde von dem niederländische Sozialpsychologen und NLP Forscher… … Deutsch Wikipedia
Vogel — 1. A Fôglar diar so êder sjong, gung a Kâter iar inj aauer a dik me (wegh me üüb a Dâi). (Amrum.) – Haupt, VIII, 351, 19. Die Vögel, die so früh singen, mit denen geht die Katze über den Deich (am Tage weg). 2. A grosser Vogel braucht a gross… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Zeit — 1. Ach, du lewe Tît, hadd öck doch gefrît, wär öck rusch e Wiew geworde. – Frischbier, 4158. 2. Abgeredet vor der Zeit, bringt nachher keinen Streit. – Masson, 362. 3. All mit der Tit kumt Jan in t Wamms un Grêt in n Rock. – Lohrengel, I, 27;… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Wetter — 1. Alle bösen Wetter klaren auff gegen den Abend. – Petri, II, 4. 2. Auf gut Wetter vertrau, beginnt der Tag nebelgrau. 3. Auf heiss (schwül) Wetter folgt gern der Donner. – Petri, II, 25. 4. Auf trübe Wetter folgt heiterer Himmel. – Chaos, 179.… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Kleid — 1. Alt Klâder drêd em gärn. (Siebenbürg. sächs.) – Schuster, 816. 2. Alte Kleider lachen über eine weiche Bürste (oder: wollen eine scharfe Bürste). 3. Alte Kleider soll man nicht wegwerffen, man hab denn newe. – Lehmann, 9, 56. 4. Alte Kleider… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Rose — 1. Auch die zertretene Rose duftet. 2. Auch Rosen werden welk. 3. Aus den wenigsten Rosen wird Oel gepresst. Das echte orientalische Rosenöl (Attar, Uttur, fälschlich auch Otto genannt), wie es in Indien und Persien erzeugt wird, spielt unter den … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Mohr — 1. Den Mohr kann man nicht waschen weiss, den Schnee nicht blasen heiss. (Sauerland.) 2. Der Mohr hat seine Schuldigkeit gethan, der Mohr kann gehen. – Masson, 340. Von jemand, der sich für Erreichung irgendeines Zwecks hat benutzen lassen und… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Margaretha Guidone — Margaretha Maggie Guidone (born ca. 1956) is a housewife from Helmond (the Netherlands) living in Kapellen (Belgium) who became famous in Flanders because of her campaign for the environment and against global warming.[1][2] She successfully… … Wikipedia
Gewohnheit — 1. Alle gute Gewohnheit soll man behalten. – Graf, 12, 145; Lünig, I, 360. Frz.: Les bonnes coustumes sont à garder et les mauvaises à laisser. (Leroux, II, 250.) 2. Alte Gewohnheit ist stärker als Brief und Siegel. – Pistor., IX, 38; Graf, 12,… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Lachen — 1. Al lachen zegt den Zot de Woarheid. (Franz. Flandern.) – Firmenich, III, 698, 21. Im Lachen, lachend, sagt der Narr die Wahrheit. 2. Am Lachen und Blarren erkennt man die Narren. Ueber das Lachen und dessen verschiedenen Charakter nach… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon